“Ik doe heel verschillende dingen: maak grafisch werk, heb een tentoonstellingsruimte, doe ongevraagde ingrepen in de buitenruimte en werk als autonoom kunstenaar graag met keramiek. Een beeld van mij staat in het Havenkwartier hier in Deventer. Ik ben een opbouwend type, heb weliswaar architectuur gestudeerd, maar ben boven alles een autonoom werkend kunstenaar. Ik ervaar vrijheid in al mijn werk, ook in opdrachten.”
Die positie van onafhankelijkheid was ook nodig in het project 'De Tuinen van Wilhelmina' in Keizerslanden, waarvoor zij een plan ontwierp. Dit gebied van ongeveer een à anderhalve hectare ligt braak, één gebouw is al gesloopt, een ander gaat binnenkort plat. Haar plan voor het resterende binnenterrein bestaat uit wat zij 'kamers' noemt. “Dat zijn verschillende functies. Een poëtische tuin, een hoofdentree, waar routes doorheen lopen. Ik kan een gebied 'lezen': als ik ergens kom, kijk ik: wat is hier al? Wat kun je met eenvoudige ingrepen vergemakkelijken? Welke activiteiten kun je bundelen?”
Wat misschien meespeelt, is dat haar vader aannemer was. “Ik zag hem op een lege tafel tekenen, en vanuit dat abstracte denken zag ik dingen ontstaan in een gebied. Dat zit in mijn systeem en wil ik graag anderen bijbrengen.” De beeldende kant van het kunstenaarschap helpt ook: haar presentatieborden zitten vol visuele aanknopingspunten – voorbeelden als een zuil of triomfboog helpen om een abstract idee vorm te geven én schoonheid. “Dit gebied wordt gebruikt door allemaal groepen, ik probeer hun posities plaats te geven in het grotere geheel. Ons contact is open.”
“In deze tuin wil ik dat de mensen hun eigen stempel erop kunnen drukken. Als metafoor verwijs ik vaak naar het Raku stoken: daarvoor is een oven nodig die iedereen kan maken. Je hebt een glasfles en oliedrum nodig, daar kan iedereen aan komen. Zelf doen. Voor veel mensen is dat vreemd, om zo weer greep te krijgen op hun eigen leefomgeving. Ik wil laten zien dat dat niet zo ver weg is.” Hoe dat Raku stoken eruit ziet, laat ze zien in het busje dat ze op het terrein heeft geparkeerd. Naast een oven liggen keramische vormpjes, die ze als een soort verbindende logo's in het gebied verspreidt – om de verbeeldingskracht op gang te helpen. Het plan loopt goed, ze heeft verschillende partners en delen zijn al concreet: er komt een fietscrossbaan, met twee technische mannen ontwikkelde ze een kweekbak, saaie opberghokken versierde ze door Molukse motieven van omwonenden grafisch te vertalen. “Zo werken we vanuit de kracht van de plek.”
Wandelend door het gebied wijst ze naar de voor anderen onzichtbare potenties. “Kijk, dit noem ik 'hekwerkontkenning',” glimlacht ze bij een kapotgemaakte afrasteringen. “Dat vind ik een mooie ingreep in de openbare ruimte. Het getuigt van een 'Do it yourself' aanpak, dat is iets positiefs. Wat ik wil doen, is die mentaliteit tussen de oren krijgen. 'Hou es op met zeuren over losliggende stoeptegels, doe het zelf!', zeg ik. En, laten we meteen kijken of we wel weer een tegel willen, of misschien liever houtsnippers?”
www.aukjegrouwstra.nl